15 februari 2017

OBJECT, OBJECT a EN GENOT;
onmisbare concepten voor de praktijk van de psychoanalyse?

Een mens zoekt zijn eigen plaats in verhouding tot een ander – zo reveleert de ervaring van de psychoanalyse. Liefde, verlangen en genot krijgen via deze weg hun concrete inbedding. De dynamiek tussen subject en object is dus fundamenteel en bovendien onmogelijk te reduceren tot één van beide termen. Freud merkte daarbij op dat het gevonden object altijd opnieuw een poging is van het subject tot terugkeer naar een oorspronkelijk punt: “het vinden van het object is eigenlijk een terugvinden” (Freud, 1905d).

Daarmee wordt de dimensie van verlies en gemis inherent onderdeel van deze verhouding. Later zal Freud, vastlopend in zijn praktijk, ontdekken dat herhalingsdwang en (doods)drift zich op innige wijze verstrengelen in deze dynamiek. Lacan zal deze freudiaanse bevindingen hernemen en er eigen concepten voor smeden: object a en genot. Met deze studiedag willen we deze lacaniaanse herformulering bevragen: welk perspectief openen deze concepten en welke vragen of problemen worden erdoor opgeroepen?

Door er een triptiek van te maken – object, object a en genot – willen we de mogelijkheid creëren van een conceptuele ruimte waar deze allerminst evidente noties in verhouding met elkaar kunnen gebracht worden: botsend, problematiserend, verfi jnend, … ten aanzien van praktijk en theorie.

Hoe verhoudt het subject zich tot object, object a en genot? Wat leert ons dit voor de klinische praktijk? De sprekers op deze studiedag nemen deze vraag op zich, elk vanuit een eigen specifieke invalshoek en op de mens en het klinisch werk.

Datum & Locatie

15 februari 2017
9u tot 17u
Geuzenhuis
Kantienberg 9
9000 Gent

Organisatoren

Idesça vzw
GPP

Prijs

50€, 40€, 10€ of gratis
lunch: 17 €